Dementie

Wat is dementie?

Dementie is een ziekte waarbij verschillende hersenfuncties achteruitgaan. Daardoor ontstaan problemen met het geheugen, het spreken en begrijpen, het uitvoeren van handelingen, het herkennen van dingen en mensen, het maken van plannen en het organiseren. Ook het gedrag en de stemming kunnen veranderen. Iemand met dementie kan zijn tekortkomingen in het begin nog enige tijd verbergen. Daarna ontstaan er problemen in het dagelijks leven, in de huishouding en met de omgeving.

Wat zijn de verschijnselen?

De verschijnselen van dementie kunnen per persoon verschillen. Het begint vaak met vergeetachtigheid voor dingen die kort geleden gebeurd zijn. Iemand vertelt bijvoorbeeld twee keer hetzelfde verhaal of weet niet meer wie er gisteren op bezoek gekomen is. Ook dingen uit het verleden, die al lang bekend zijn, kan men zich slechter herinneren. Bijvoorbeeld het beroep, het eigen adres of de naam van de kinderen. Wat ooit geleerd is, komt moeilijk naar boven. Het kost moeite om op de juiste woorden te komen, anderen te begrijpen en een gesprek te volgen. Dagelijkse handelingen zoals koffiezetten en de afwas doen, gaan niet meer vanzelf. Men verliest snel het overzicht, het denken gaat trager. Plannen maken en organiseren lukken niet meer. Men raakt gauw de weg kwijt. Ook het besef van tijd gaat achteruit. 'Is het nu ochtend of middag? Juli of december?' Iemand met dementie voelt zich daardoor vaak onzeker, verliest interesse in de omgeving en durft minder te ondernemen. Hij of zij kan sloom worden, prikkelbaar, achterdochtig, angstig of agressief. Uiteindelijk leidt dit vaak tot zelfverwaarlozing.

Hoe ontstaat dementie?

Er zijn verschillende vormen van dementie. De bekendste is de ziekte van Alzheimer. Hierbij gaan hersencellen verloren, zonder dat we precies weten hoe dat komt. Daarnaast kan dementie optreden bij stoornissen in de bloedvaatjes van de hersenen. Sommige hersencellen krijgen daardoor minder bloed. Dit noemt men vasculaire dementie. Deze vormen komen vaak samen voor.
De ziekte van Parkinson of gebrek aan vitamine B12 kunnen bijdragen aan dementie. Een infectieziekte (bijvoorbeeld een blaasontsteking) kan tot een plotselinge verergering van de dementie leiden. Ook door onbekende situaties of verandering van omgeving kan de dementie verergeren, bijvoorbeeld tijdens een ziekenhuisopname of na overlijden van de partner.

Adviezen

Het is moeilijk met dementie om te gaan, voor de patiënt zelf en voor de directe omgeving. Toch kunnen familie en verzorgers veel doen om te helpen. Zelf kunnen ze daarbij ook steun gebruiken. Hier volgen enkele tips:

Tips in de omgang met dementie

Het helpt als familieleden en verzorgers zich realiseren dat iemand met dementie ziek is en niet anders kan, al lijkt het soms of hij (of zij) niet zijn (of haar) best doet.
Het is belangrijk om iemand met dementie dingen te laten doen die hij (of zij) nog kan. Stel eenvoudige vragen en geef eenvoudige opdrachten. Probeer hem (of haar) niet steeds te corrigeren of tegen te spreken. Dat geeft irritatie en maakt onzeker.
Zorg voor een rustig en regelmatig (maar niet te saai) leven in een vertrouwde omgeving. Verander de inrichting van het huis zo min mogelijk. Het kan nuttig zijn naamplaatjes voor het toilet en de badkamer op de deur aan te brengen.
Let op de veiligheid. Hiervoor zijn allerlei handige hulpmiddelen beschikbaar (bijvoorbeeld een elektrische kookplaat die vanzelf afslaat).
Het is raadzaam om tijdig financiële en juridische zaken te bespreken en eventuele maatregelen te nemen, zolang iemand met dementie nog goed in staat is hierover mee te praten (bijvoorbeeld een machtiging tekenen zodat iemand geld van de bankrekening mag opnemen)

Tips voor de omgeving zelf

De begeleiding van iemand met dementie is zwaar. De betrokkenen (familieleden en verzorgers) moeten ervoor zorgen dat ze zelf genoeg rust krijgen. Het is van belang dat zij voldoende tijd en ruimte voor zichzelf nemen (voor hobby's en sociale contacten). Steun van anderen is onontbeerlijk. Men is geneigd de diagnose dementie niet te noemen, maar het is belangrijk dat de betrokkenen (de patiënt, familieleden en verzorgers) de problemen openlijk bespreken en duidelijke afspraken maken over de verdeling van de zorg.

Medicijnen

Genezing van dementie is niet mogelijk. Medicijnen kunnen wel helpen om bijkomende problemen zoals angst, onrust, agressie of depressie te verminderen. Soms zijn er factoren die de dementie verergeren (bijvoorbeeld een blaasontsteking) die behandeld moeten worden. Toediening van vitamine B12 verbetert het geheugen niet.

Wanneer contact opnemen?

Neem contact op als de dementie snel verergert. Soms is er een oorzaak voor te vinden die goed te behandelen is, bijvoorbeeld een tijdelijke infectie of een blaasontsteking

Hoe gaat het verder?

Iemand met dementie gaat op den duur steeds verder achteruit. Soms langzamer, soms sneller. Bij dementie duurt het gemiddeld zes tot acht jaar voordat iemand in een verpleeghuis moet worden opgenomen. Om iemand met dementie tot het einde toe thuis te verzorgen, vergt veel van de directe verzorgers. Zowel voor de patiënt als voor familieleden en verzorgers bieden de RIAGG, de thuiszorg, het verzorgingshuis en het verpleeghuis allerlei praktische hulp en emotionele steun. Omdat de ziekte jarenlang duurt, is het belangrijk dat patiënt en verzorger deze hulp benutten. Denk hierbij aan hulp in het huishouden, bij de zelfverzorging, maar ook aan een 'oppas' of dagbehandeling. Voor de familieleden en verzorgers zijn er gespreksgroepen, waarin informatie en steun wordt geboden

Unless otherwise stated, the content of this page is licensed under Creative Commons Attribution-ShareAlike 3.0 License